
Hypocriet
Net als elke andere ochtend vertrok Willem rond zeven uur op de fiets om naar zijn werk te gaan in de bouw. Willem was timmerman voor een grote aannemer. Op weg naar de bouwplaats werd hij aangereden door een auto die hem niet had gezien. Willem hield er een complexe schouderbreuk aan over. Het herstel daarvan verliep moeizaam. Gelukkig werd zijn salaris door zijn werkgever in die periode doorbetaald. Normaliter kluste Willem in de avonden en weekenden echter ook behoorlijk bij als timmerman, waarvoor hij zeg maar onder de tafel werd betaald. Die verdiensten liepen soms wel op tot duizend euro per maand. Met dat extra geld kon hij met zijn gezin behoorlijk ruimer leven. Door zijn letsel viel dat weg en liep hij die inkomsten mis. De verzekeraar van degene die de aanrijding had veroorzaakt, had bevestigd dat hij de schade van Willem zou vergoeden. In de schadeclaim namen we ook die zwarte inkomsten mee. Onze hoogste rechter heeft namelijk al in 2000 bepaald dat die inkomsten ook moeten worden vergoed, mits het bestaan en de omvang ervan aannemelijk is gemaakt. Er wordt dan echter wel een soort aftrek toegepast
alsof er belasting over de inkomsten zou zijn betaald. Willem kon met een aantal verklaringen aantonen dat hij meerdere vaste opdrachtgevers had die hem aldus betaalden en dat hij daarmee gemiddeld genomen achthonderd tot duizend euro per maand bijverdiende. De verzekeraar weigerde aanvankelijk deze inkomsten te vergoeden omdat zwartwerken verboden is. Onderdeel van de schadeclaim was echter ook een vergoeding voor de klushulp die Willem had ingehuurd omdat hij een aantal werkzaamheden thuis niet meer zelf kon doen. Willem had een offerte van een klusbedrijf, doch die vond de verzekeraar veel te duur. Hij kon daartoe immers ook een niet officieel betaalde hulp inhuren, dat zou veel goedkoper zijn. Wel hypocriet om dan de extra verdiensten van Willem niet te willen vergoeden. U begrijpt: Willem kreeg uiteindelijk ook die schade vergoed. Niet voor het volle bedrag, maar wel voor het merendeel.
Raoul M.J.T. van Dort, 7 oktober 2020
Deze columns zijn verschenen in Nummer 1, een blad dat tien keer per jaar als aparte bijlage bij dagblad De Limburger wordt meegezonden.